Opinieartikel Deelmobiliteit in het landelijk gebied

Bijeenkomst (deel)mobiliteit in het landelijk gebied

Onlangs was er in het provinciehuis de bijeenkomst over (deel)mobiliteit in het landelijk gebied. Een belangrijke bijeenkomst, want er is al jaren sprake van een verschraling van het Openbaar Vervoer in onze provincie, vooral in de kleine kernen. De traditionele buslijnen verdwijnen in rap tempo, vaak door personele problemen, waardoor dorpen steeds meer geïsoleerd raken. Dit heeft grote consequenties, want veel mensen kunnen hierdoor steeds moeilijker van A naar B reizen. Het wordt voor hun steeds lastiger om naar belangrijke afspraken te gaan zoals het werk, het ziekenhuis of simpelweg het afleggen van een familiebezoek. Tijdens de bijeenkomst werden verschillende oplossingen geopperd. Een daarvan was deelmobiliteit.

Deelmobiliteit

Het nieuwe alternatief voor de auto of het OV in het landelijk gebied moet namelijk deelmobiliteit worden. Dat zijn de deelauto’s, deelscooters, deelfietsen etc. In het stedelijk gebied is dit al een bekend fenomeen waar vooral de jeugd gebruik van maakt. De volgende stap is om deelmobiliteit in de dorpen te introduceren. Dit als vervanging voor de verdwijnende buslijnen.
Het klinkt allemaal mooi maar het is een kostbare hype, zeker geen oplossing voor de huidige vervoersproblemen. Er zijn inmiddels talloze aanbieders van deelmobiliteit die de markt bestormen waardoor het voor de gebruiker veel te complex wordt. Ze zien door de bomen het bos niet meer. Zeker onze ouderen gaan gebukt onder het verdwijnen van de oude vertrouwde OV mogelijkheden. De verschillende apps, deelvoertuigen en mobiliteitshubs zijn voor hen eerder een nachtmerrie dan een structurele oplossing. En dan hebben we het nog niet gehad over de verrommeling van de openbare ruimte. In de steden kampt men al met grote overlast van deelscooters en deelfietsen die hinderlijk op stoepen worden geparkeerd of worden gesloopt en in vijvers en struiken worden gedumpt. Willen we dat ook in onze dorpen?

Lijnvervoer moet de basis zijn

Het traditionele busvervoer moet dus altijd de basis blijven i.p.v. te investeren in schijnoplossingen zoals deelmobiliteit. Zorg ervoor dat het reizen met de bus betaalbaar blijft want, in veel Europese landen is dit prima geregeld waarom dan niet in ons land? En de busmaatschappijen Arriva en Hermes moeten in nauw contact blijven met de belangenorganisaties in de kleine kernen om te zien waar de haken en ogen zitten zodat steeds kan worden gekozen voor de beste routes voor de streekbussen en op welke tijden ze het beste kunnen rijden. Ook moeten ze hun personeelsbestand z.s.m. op orde krijgen zodat er genoeg buschauffeurs zijn. Lukt ze dat niet, dan moet er gekeken worden of een andere busmaatschappij deze opdracht kan worden gegund. Want het busvervoer moet tot in de haarvaten van Brabant uitstekend geregeld zijn. Daar hebben onze inwoners recht op.

Tjerk Langman, Statenlid PVV Noord-Brabant