Statenvragen Culturele boycot van Israël door gesubsidieerde instellingen

Geacht college,

Afgelopen vrijdag werd bekend dat meer dan 300 Nederlandse en Belgische musea, festivals en theatergezelschappen niet meer willen samenwerken met Israëlische culturele instellingen. Ze willen zich met deze boycot zogenaamd ‘uitspreken tegen het genocidale geweld van Israël tegen Palestijnen in Gaza en de bezetting van de Westoever’.[1] De PVV-fractie in Noord-Brabant spreekt haar verontwaardiging uit over deze absurde boycot. Deze actie, onder het mom van protest tegen vermeend ‘genocidaal geweld’ en ‘apartheid’, vormt een eenzijdige en schadelijke aanval op een democratische bondgenoot van Nederland en Noord-Brabant. Het is voor de PVV onacceptabel dat Brabantse culturele instellingen, zoals o.a. Het Zuidelijk Toneel, Theaterfestival Boulevard, DansBrabant, Kunstpodium T en BredaPhoto[2], die provinciale subsidies ontvangen, zich hierbij aansluiten.

Daarom de volgende vragen:

1.
a. Kan het college een uitputtende lijst geven van Brabantse gesubsidieerde culturele instellingen die zich bij deze boycot hebben aangesloten?
b. Kan het college per organisatie aangeven hoeveel subsidie zij dit jaar en/of in 2024 hebben ontvangen?
c. Zijn er ook instellingen bij waarvoor nog een subsidieaanvraag of toekenning loopt momenteel?

2. Het afkondigen van een culturele boycot tegen sec Israël vanwege de oorlog in Gaza, terwijl de wereld ontelbare conflicten en brandhaarden kent en heeft gekend, brengt een zweem van willekeur en zelfs feitelijk antisemitisme met zich mee.
a, Is het college net als de PVV van mening dat voor antisemitisme geen enkele ruimte mag zijn in onze provincie?
b. Zo nee, waarom niet?
c. Is het college bereid om afstand te nemen van (de stellingname van) de betreffende organisaties?
d. Zo nee, waarom niet?

3. Festivals, culturele instellingen en theaters die nu Israël uitsluiten, schaden niet alleen de vrijheid van kunstenaars, maar ook de Brabantse economie en het imago van onze Provincie als open, gastvrij en tolerant.
a. Hoe beoordeelt het college de bredere schade van deze boycot voor de internationale culturele uitwisseling in Noord-Brabant?
b. Hoe beoordeelt het college de bredere schade van deze boycot voor het imago van Brabant als open en gastvrije Provincie?

4. Een aantal organisaties die deze boycot steunen ontvangt provinciale subsidie op grond van de Algemene Subsidieverordening, zoals o.a. Het Zuidelijk Toneel, Theaterfestival Boulevard, DansBrabant, Kunstpodium T en BredaPhoto.
a. Is het college het met de PVV eens dat deze instellingen handelen in strijd met de fundamentele rechtsbeginselen (artikel 8, lid e), en op die grond de subsidie moet worden geweigerd?[3]
b. Zo nee, waarom niet?
c. Is het college het met de PVV eens dat gezien de handelwijze van deze instellingen (het schaden van de Brabantse economie en het imago van onze provincie), de subsidie dus ook niet in voldoende mate in het provinciaal belang is?
d. Zo nee, waarom niet?
e. Is het college het met de PVV eens dat de handelwijze van deze instellingen van het openlijk bedrijven van antisemitisme blijk geeft van het niet nakomen van de subsidieverplichting onder artikel 16 lid 1, sub e, namelijk dat de activiteiten op een maatschappelijke, duurzaam verantwoorde en sociaal veilige wijze uitgevoerd worden?
f. Zo nee, waarom niet?

5.
a. Is het college bereid provinciale subsidies aan deze boycot-deelnemende instellingen op te schorten of in te trekken zolang zij deze boycot steunen?
b. Zo nee, waarom niet?
c. Welke morele rechtvaardiging kan GS noemen voor het blijven financieren van organisaties die antisemitisch handelen?

6. Behalve culturele instellingen hebben ook individuele kunstenaars, cultureel werkers en uitgeverijen de boycot ondertekend. Volgens het Provinciale 'inkoopbeleid 2025'[4] is integer handelen belangrijk: "Anderzijds wensen wij slechts zaken te doen met integere ondernemers, die zich houden aan de wet- en regelgeving."
a. Kan het college aangeven of er organisaties of bedrijven de boycot steunen waar de provincie wel eens diensten of producten heeft ingekocht of van plan is in te kopen?
b. Is het college net als de PVV van mening dat bedrijven of organisaties die de boycot steunen, in feite niet als integer te kwalificeren zijn?
Zo nee, waarom niet?
c. Is het college bereid bij dergelijke leveranciers niet meer in te kopen? Zo nee, waarom niet?

7. De initiatiefnemers doen tevens de moreel verwerpelijke oproep tot een bredere boycot, inclusief in de politiek.
a. Is het college het met de PVV eens dat Brabant zich hier nadrukkelijk tegen dient uit te spreken en de vriendschappelijke band met Israël juist nu dient te benadrukken?
b. Zo nee, waarom niet?

Namens de PVV Noord-Brabant,
Boy Sluiters
Alexander van Hattem
Patricia van der Kammen

[1] https://nos.nl/artikel/2584966-ruim-300-culturele-organisaties-nederland-en-belgie-besluiten-tot-boycot-israel  

[2] https://cultureleboycotisrael.nu/  

[3] https://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR275924/  

[4] https://www.brabant.nl/publish/pages/11150/inkoopbeleid_2025.pdf