Statenvragen Toekomst en capaciteit van de N69 in relatie tot Vlaamse aanpak van de N74
Geacht college,
Uit een recent artikel op de website van het project Noord-Zuid Limburg[1] blijkt dat de Vlaamse overheid definitief plannen heeft vastgesteld voor de infrastructurele aanpak van de N74 (Het project Noord-Zuid Limburg Fase 1). Dit betekent onder andere een ondertunneling bij Houthalen-Helchteren, waarvan de voorbereidingswerkzaamheden al zijn gestart. Dit versterkt ook het internationale verkeer over de aansluitende N69. Desgevraagd gaf gedeputeerde Smeulders bij de begrotingsbehandeling op 7 november jl. aan niet op de hoogte te zijn van de definitieve vaststelling van voornoemde plannen door de Vlaamse overheid. Daarnaast liggen de plannen nog steeds op tafel voor de aansluitende N71, de omleiding om Neerpelt, die eveneens extra verkeersdruk op de N69 kan veroorzaken.[2]
In de beantwoording van onze eerdere vragen van 27 augustus 2025[3] gaven Gedeputeerde Staten aan dat er “geen aanleiding is” om de N69 te verbreden of aan te passen, en dat de provincie geen plannen heeft voor extra maatregelen aan het zuidelijke deel bij De Barrier.
De ontwikkelingen aan Vlaamse zijde roepen echter de vraag op of dit standpunt nog houdbaar is, gezien de verwachte verkeersgroei en de toenemende drukte in Valkenswaard, Borkel en Schaft.
Daarom hebben wij de volgende vragen:
1. Is bij Gedeputeerde Staten bekend dat er grote infrastructurele ontwikkelingen op stapel staan op de Vlaamse N74 die zeer waarschijnlijk gaan leiden tot extra verkeersdrukte richting de Nederlandse N69?
2. Heeft de provincie Noord-Brabant contact met de Vlaamse overheid over de mogelijke gevolgen voor de verkeersstromen in Zuid-Brabant, met name op de N69?
3. Acht GS de in de beantwoording van 16 september 2025 gehanteerde verkeersprognoses nog actueel, gezien de nieuwe Vlaamse plannen die het doorgaand verkeer via de N69 juist zullen versterken?
4. Is GS bereid om de eerdere inschatting dat “er geen aanleiding is” voor verbreding of structurele aanpassing van de N69 te herzien op basis van deze nieuwe internationale ontwikkelingen? Zo nee, waarom niet?
5. Kan GS aangeven in hoeverre de Vlaamse uitbreiding van de N74 (en mogelijk de N71) is meegenomen in het Regionale Mobiliteitsprogramma (RMP) en het Beleidskader Mobiliteit van Brabant? Zo nee, waarom niet?
6. Is GS bereid om in overleg te treden met de Vlaamse partners om de plannen op elkaar af te stemmen om te voorkomen dat de N69 verder overbelast raakt en de verkeersveiligheid verslechtert? Zo nee, waarom niet?
7. Wordt bij het komende BO MIRT-overleg ook aandacht gevraagd voor de internationale impact van de Vlaamse infrastructuurplannen op het Brabantse wegennet?
8. Is GS het met de PVV eens dat een structurele oplossing voor de N69, bijvoorbeeld een vierbaansprofiel of ongelijkvloerse kruisingen, inmiddels onvermijdelijk wordt als de verkeersstroom vanuit Vlaanderen toeneemt?
Namens de PVV Noord-Brabant,
Tjerk Langman
Alexander van Hattem
[1] https://www.noordzuidlimburg.be/laatstenieuws/definitiefpb1