Statenvragen convenant BZOB-bos Helmond

Geacht college,

Bij de eerste ontwikkeling van bedrijventerrein BZOB in 2001 sloten drie procederende Helmondse burgers een convenant met de gemeente Helmond, ondertekend door toenmalig burgemeester Van Elk, waarin expliciet werd vastgelegd dat het BZOB-bos (Brouwhuisse Heide) in de toekomst behouden zou blijven. In het Eindhovens Dagblad van 23 december stelt de Helmondse wethouder Stienen dat door het vaststellen van de Structuurvisie Brainport-Oost dit convenant achterhaald is:

"Maar de provincie heeft in juni via de structuurvisie Brainport-Oost besloten dat het BZOB-bos toch een goede plek is voor een regionaal bedrijventerrein. In die structuurvisie is ook verbreding van de weg N279, langs Brouwhuis, meegenomen. Die besluiten maken het oude convenant achterhaald, vindt Stienen."[1]

In de beantwoording van onze technische vragen over de Structuurvisie afgelopen juni, stelde het college van GS het volgende:

"Wij zijn van mening dat een privaatrechtelijke overeenkomst een gedegen voorbereiding van een bestuursrechtelijk besluit op dit abstractieniveau, zoals een Structuurvisie, niet in de weg kan staan."

Dit brengt ons tot de volgende vragen:

1. Deelt u de opvatting van het Helmondse college dat met het vaststellen van de Structuurvisie het convenant achterhaald is? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

2. Deelt u onze mening dat indien het vaststellen van de Structuurvisie wél effect heeft op de rechtskracht van dit convenant, dit convenant tóch in de beoordeling van de besluitvorming over de Structuurvisie had moeten worden meegenomen? Zo nee, waarom niet?

Namens de PVV Noord-Brabant,

Alexander van Hattem

Lid Provinciale Staten

[1] http://www.ed.nl/regio/helmondstad/10132387/Afspraak-over-BZOBbos-achterhaald.ece


Bijlage:  de technische vragen van de PVV-fractie met beantwoording van 23 juni 2011