Vz,

Door een uitspraak van de Raad van State moeten vele ondernemers in de agrarische sector alsnog beschikken over een Natuurbeschermingswetvergunning en liggen er in dit Provinciehuis hiervoor zo’n 1000 aanvragen op de plank. Dit kost ontzettend veel ambtelijke capaciteit en daarmee samenhangende kosten en al deze ondernemers kunnen niet vooruit met hun bedrijf. Om aan de vereisten voor deze vergunning te kunnen voldoen is een goed werkende salderingsbank voor stikstofdepositie noodzakelijk, waarvan nu door zeer stringente milieuregelgeving geen sprake is. Naar verwachting zal dit in 2014 op landelijk niveau worden geregeld in de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS), maar ter overbrugging van deze termijn is het aan ons als provincie om kritisch naar onze eigen regelgeving te kijken.

Read More

Voorzitter,

Ik zal niet onze hele commissiebijdrage herhalen, daarom in het kort onze belangrijkste kritiekpunten bij deze koers:

- wij hebben onze twijfels bij het inverdieneffect,

- en wij hebben onze twijfels bij de gedragsverandering.

Desondanks hadden wij kunnen leven met dit voorstel, maar recente ontwikkelingen zorgen voor twijfels bij de houdbaarheid van de voorgestelde koers.

In het voorstel wordt namelijk specifiek gestuurd op nalevingspercentages.

Wij vragen ons nu af hoe houdbaar en realistisch deze percentages nog zullen zijn nu gedeputeerde Van den Hout bekend maakte de handhaving van de Natuurbeschermingswet niet uit te voeren.

In hoeverre tellen deze ontwikkelingen mee in de percentages?

Na onze kritiek hierop in de commissie EH publiceerde de gedeputeerde een artikel op internet om nadere uitleg te geven over de keuzes bij handhaving en de "verwarring" die hierover was ontstaan.

Een verwarring die de gedeputeerde zélf heeft veroorzaakt, door enerzijds over boeren die regels overtreden te zeggen 'Lex dura, sed Lex' - de wet is hard, maar het is de wet -, maar anderzijds zelf de handhaving van een wet niet uit te voeren. Voor wie wil aansturen op gedragsverandering is dat een bijzonder slecht voorbeeld. Zeker nu blijkt dat in andere provincies handhaving van deze wet geen probleem blijkt te zijn.

Hoe denkt de gedeputeerde op deze manier het goede voorbeeld te geven voor gedragsverandering?

Voorzitter,

De afgelopen dagen verschenen diverse berichten over een rapport inzake overtreding van milieuregels door veehouders in Brabant. In diverse media werd een schrijnend beeld geschetst van de agrarische sector in Brabant, een beeld van een sector die op grote schaal regels ernstig aan de laars zou lappen.
Een beeld wat nog versterkt wordt door gedeputeerde Van den Hout, die deze berichten zonder enige nuance verspreidde op Twitter. Vervolgens doet deze gedeputeerde daar nog een schepje bovenop door in het Brabants Dagblad een zeer kritisch commentaar te leveren op de ZLTO, nadat deze organisatie – een convenantpartner nota bene - enige nuancering naar voren had gebracht.
Ondertussen waren Provinciale Staten niet actief op de hoogte gebracht van deze ontwikkelingen. Pas na enig zoek- en speurwerk ontdekte ik dat het bleek het te gaan om een rapport wat 5 oktober a.s. ter kennisneming geagendeerd staat in de commissie Ecologie en Handhaving. Er is door GS geen nadere toelichting aan de Staten verstrekt, alles moest wederom uit de media worden vernomen. En dit is niet de eerste keer, en het is ook niet de eerste keer dat gedeputeerde Van den Hout op een niet verantwoordelijke wijze twittert.

Gedeputeerde Van den Hout betrekt in zijn uitspraken in de krant bovendien zaken waar het rapport niet direct betrekking op heeft, namelijk stankoverlast voor omwonenden. De overtredingen betreffen echter de Stikstofverordening, die geen betrekking heeft op geurhinder of volksgezondheid, maar slechts op effecten voor Natura 2000-gebieden, waar bepaalde plantjes door stikstof iets harder kunnen gaan groeien. Door deze uitspraken wordt echter wel een verkeerd beeld in de media en naar de buitenwacht neergezet, die beschadigend kan zijn voor heel de agrarische sector.
Ook hebben de uitlatingen in de media bij verschillende gemeenteraden de nodige vragen opgeroepen. Hier zou meer zorgvuldig van de Gedeputeerde hebben gepast.

Zonder verder op de inhoud van het rapport in te willen gaan, willen wij – om zojuist genoemde redenen - met deze motie onze afkeuring uitspreken over de wijze van communicatie rond dit rapport. De motie bied ik u hierbij aan:

Read More